08 oktober 2006

De kortste, lastigste en versnelde hartslag


Het seizoen had niet beter kunnen beginnen: 5 gespeeld, 5 gewonnen. De snelste en makkelijkste was tegen Ed van Doorn.

Ed speelt altijd 1.e4, maar had genoeg van mijn eeuwige Frans en koos 1.Pf3. Als je de opening niet kent moet je nooit a tempo spelen: 5...dxc4 6.Lxc4?? Lxf3 7.Dxf3 Da5+ en twee zetten later konden de stukken weer in de doos. Als schrale troost kan opgemerkt worden dat Ed zich in goed gezelschap weet: ook een grootmeester is hier wel eens ingetrapt.



De lastigste was tegen nieuwkomer Wil Sparreboom. Ditmaal was ik degene die de opening niet kende. Dat was even schrikken toen in het diagram a tempo 16...Ph5! volgde. Het paard kan niet genomen worden: 17.Dxe5?? Tb5 en de dame is midden op bord ingesloten! Dan maar het gevaarlijke 17.Dg5 gekozen. Na 17...Pf4! speelde ik bijna 18.Pb3??, maar zag net op tijd dat dit onmiddellijk verliest: 18...Pf3+! 19.gxf3 Ph3+ en doos. Na lang denken vond ik de enige redding: 18.Kh1! Dit haalt een hoop ellendige paardvorken eruit en toen het me vele zetten later lukte om dames te ruilen had zwart teveel zwakke pionnen, de a-pion viel en ik liep simpel naar de overkant.


De mooiste was op het best denkbare moment: de eerste KNSB-wedstrijd, uit in troosteloos Naaldwijk tegen Pietersma van WSC. Mijn koningsstelling leek enigszins onbeschermd, maar na wits laatste zet 18.Tf1-f3? zag ik mijn kans schoon: 18...Dh4!! De twee uitroeptekens geef ik omdat ik de stelling over vier zetten goed had ingeschat. 19.Le4 19.Th3?? Dxh3 20.gxh3 Pc3+ is al over voor wit. 19... f5! 20.Th3 Op 20.exf6 had ik ook een hele leuke gepland: 20...Tae8! met dreigingen op de e-lijn en achterste rij. Nu kwam echter de hoofdvariant en met iets versnelde hartslag speelde ik 20...Dxh3!! 21.gxh3 fxe4





Toren en loper voor de dame, ik had gezien dat de f-pion er op zeker aanging maar het belangrijkste: de witte koning staat zeer onveilig en kan niet ontsnappen. Om te beginnen mag wit nooit e4-e3 toelaten, dus: 22.Pe3 Pxf4 Wit heeft geen enkele nuttige zet en zwart kan op zijn gemak zijn stukken optimaal neerzetten voor de beslissende aanval. Een tiental zetten later stond het dan ook zo:





Wit staat zeg maar "functioneel pat", op iedere zet volgt ellende. Fritz geeft na enig denken mat in maximaal 20(!) m.a.w. zwart wint op korte termijn de hele dierentuin. Er volgde nog 32.h3 Pf4 33.Dc4 Pxg2 en wit hield het voor gezien, de loper op d2 valt ook nog en het hele kaartenhuis stort in. Het eerste en ik zijn een KNSB-seizoen wel eens slechter begonnen!